Zaaioverzicht
In het onderstaande overzicht bespreken we kort de bijzonderheden van de gewassen in ons zaaipakket voor de schooltuin. We sluiten af met enkele aanvullingen daarop.
PETERSELIE
Binnen zaaien: kan vanaf februari. Eerst even proeven in de klas - en dan buiten uitplanten!
Let op: het duurt heel lang voor het zaad opkomt. Steeds vochtig houden.
Als je uiteindelijk denkt dat het helemaal niets wordt - dan gebeurt het!
Buiten zaaien van maart tot augustus. Het zaad ontkiemt (zeker bij een koude grond) zeer langzaam. Het is nodig het zaaibed goed vochtig te houden.
(POT)TOMAAT
Binnen zaaien vanaf begin maart in een zaaibak. Dit is niet zo'n gemakkelijke teelt. Niet al te warm zetten en vooral niet laten uitdrogen. Maar te nat op de grond is zeker ook niet goed. Als gevolg van een schimmel kan een jong plantje dan zo omvallen. Als de plant groter wordt: verpotten! Na 15 mei mag de pot buiten staan, of kan de hele kluit in de volle grond gezet worden (voorzichtig!).
Tijdens de groei regelmatig eventuele zijscheuten (dieven) uit de bladoksels verwijderen.
TUINKERS
Zaaien van maart tot september, binnen en buiten. Binnen enkele dagen zichtbaar resultaat.
Tuinkers zit vol vitaminen.
ERWTEN
Zaaien vanaf maart. Kunnen wel een beetje kou hebben, maar ze moeten natuurlijk niet wegrotten in steenkoude natte grond.
Pas op voor de duiven. Ze kijken (bijna) door de aarde heen en hebben de erwten sneller uit de grond dan u ze er in had.
Met rekjes, laagjes twijgen, of gespannen draden beschermen! Kijk wel uit dat er geen vogels hopeloos verstrikt kunnen raken.
COURGETTE
Vanaf maart binnen in het donker voorzaaien. Een paar zaden in een pot, met de scherpe punt naar beneden. De aarde vochtig houden. Na opkomen in het licht. Niet te warm. De plant moet niet slap en dun worden. Tijdig (maar wel na midden mei) in de tuin planten!
Rechtstreeks buiten zaaien kan ook, maar dat geeft dan een veel latere oogst.
Slakken zijn dol op de jonge planten. Wees er op attent!
SNIJBIET
Zaaien vanaf half maart tot eind juli, in rijen of breedwerpig.
De stelen en het blad oogsten als het gewas 15 cm is. Na afsnijden laten staan. Een tweede oogst is dan mogelijk.
RADIJS
Zaaien in de volle grond van eind maart tot half augustus. Heeft warmere grond nodig.
Veelal een probleemloos gewas.
ZOMERWORTELEN
Zomerwortelen zaaien vanaf maart. Verlangen een losse structuur van niet al te koude grond. De worteltjes moeten hun weg naar beneden ongestoord kunnen vinden! Zeer dun zaaien. Opkomen duurt lang. Zaai een paar radijsjes er tussen als markering.
Als u denkt dat het gewas veel te mager opgekomen is, dan is het juist goed.
RODE BIETJES
Zaaien van april tot juni op rijtjes. Na 14 dagen moet er iets zichtbaar zijn. Plantjes tijdig uitdunnen, anders verdringen ze elkaar.
SNIJSLA
Zaaien vanaf april tot juli in de volle grond. Dun zaaien op rijen en als het al te dicht staat iets uitdunnen. Bij droogte goed water geven. Regelmatig snijden.
KORIANDER
Zaaien in april. Heeft echt wel redelijk warme grond nodig. Het moet "mooi zonnig voorjaarsweer" zijn. Koriander zal bloeien met witte schermbloemen. Het blad heeft een zeer eigen smaak. Kan niet missen. De rijpe zaden drogen en gebruiken. (Stengels met bijna rijpe zaden afknippen en op hun kop te drogen hangen.)
SUIKERMAIS
Zaaien vanaf begin mei. Even de nachtvorst in de gaten houden. Daar kunnen ze niet tegen!
I.v.m. de bestuiving liever in groepjes dan in één lange rij zetten. (Als er meer rijen zijn, kan dat ook prima.) Na de zomervakantie oogsten.
STAMSLABONEN
Zaaien vanaf half mei tot augustus in de volle grond. Opgekomen boontjes niet in de grond terugdrukken; dat hoort zo te gaan!
PAKSOI
Zaaien in de vollegrond vanaf midden mei (liever nog midden juni). Als het te dicht opkomt: uitdunnen. In / na de zomervakantie oogsten.
En dan ook nog zeer geschikt voor de tuin:
Aanvullende suggesties: (zit niet in ons zadenpakket, maar u kunt het eenvoudig zelf toevoegen):
Het is erg aardig om iets ui-achtigs in de tuin te hebben.
Er zijn verschillende mogelijkheden: koop knoflook in de supermarkt en breek de teentjes los. Plant ze (rechtop, bijna helemaal onder) en ze groeien vlot uit.
Sjalotten is ook een hele dankbare teelt. Plant ze per stuk en ze zullen uitgroeien tot bosjes van 5 of 6 stuks. En natuurlijk zijn er ook nog de vertrouwde plantuitjes. Om de 15 cm een uitje bijna helemaal onder (topje net boven de aarde) en in de zomer hebt u forse uien beschikbaar.
Ook aardappelen zijn wellicht nog een mogelijkheid. De groeiwijze (knollen onder de grond) is hier de bijzonderheid. Kies een vroeg ras – leg ze uit elkaar bij een matige temperatuur en laat ze goed spruiten krijgen. Zeer voorzichtig planten daarna.
En tenslotte: als zachtfruit met schijnvruchten mogen aardbeien eigenlijk ook niet ontbreken. Vraag een bevriende volkstuinder even een paar polletjes. Zet ze als hele pollen in het vroege voorjaar over, dan gaat het nog datzelfde seizoen helemaal goedkomen!